Geschiedenis en het ontstaan van de samenwerking
Tatoeëerder Rinus Souisa kreeg al vroeg verzoeken voor medische tatoeages. In die tijd was er geen enkele steun vanuit de medische wereld. Toch wist hij een patiënte te helpen door haar lip te corrigeren. Later camoufleerde hij de wijnvlek van een andere patiënte. Haar broer vroeg of Rinus dit kon doen. Natuurlijk ging Rinus meteen aan de slag, met een positief resultaat! Dit was rond 1995/1996, een belangrijk moment in de geschiedenis van medische tatoeages. Artsen geloofden destijds echter niet in dit soort werk, laat staan dat ze wilden meewerken.
Dat veranderde toen Rinus en zijn vrouw Loes, die nu de pr en het secretariaat beheert, plastisch chirurg HP van Not ontmoetten. Deze arts zag de waarde van een tatoeëerder in. Hij stelde Rinus voor om samen te werken.
Rinus wilde graag eens overleggen, maar dat was niet meer nodig. Binnen twee weken stond de eerste patiënt met een verwijsbrief van dr. Van Not op de stoep. Vanaf dat moment was de samenwerking een feit. Een nieuwe fase in de geschiedenis van deze unieke samenwerking begon.
Het duurde even voordat deze samenwerking erkend werd. Maar uiteindelijk waren zowel verzekeraars als artsen overtuigd. Wanneer verschillende disciplines samenwerken, zijn de resultaten voor de patiënt optimaal. Onze lijfspreuk is en blijft: “Schoenmaker, blijf bij je leest.”
Een tatoeëerder kan niet opereren of wonden verzorgen. Een arts of verpleegkundige kan niet tatoeëren. Maar samen kunnen ze wel goede resultaten bereiken in de behandeling van patiënten.